Gelakte winterraapjes, braaduitjes, gesmoorde polderaardappel en zwarte wintertruffel.
Gert De Mangeleer (Hertog Jan)
7 winterraapjes per persoon
3 braaduitjes per persoon
3 polderaardappeltjes per persoon, in cilindervorm gesneden
1 kwarteldooier (rauw)
1 theelepel olijfolie
1 theelepel witte wijn azijn
5 mooie plakjes zwarte wintertruffel
enkele schilfers grof zout
Voor de bouillon van ajuin:
1 l gevogelte bouillon
350 g ajuin
50 g hoeveboter
Voor de bouillon van ajuin:
Snij de ajuinen in fijne plakjes, laat zacht karameliseren in de boter, bevochtig met de gevogelte bouillon
en laat een half uur trekken op een zacht vuurtje. Passeer en laat inkoken tot de ajuin smaak stevig
doorkomt.
Houd 1 raapje afzonderlijk en snij in fijne plakjes, kruid met de witte wijn azijn, olijfolie en grof zout.
Kook de raapjes, braaduitjes en aardappelen beetgaar in de bouillon van ajuin. Doe 1 dl bouillon van ui
samen met de beetgare groentjes in een steelpan, laat sterk inkoken zodanig dat er een mooie
karamelfilm rond de groentjes komt. Kruid met grof zout. Houd de rest van de bouillon warm en serveer
afzonderlijk bij het gerecht